Pluis
We leren er doorlopend over als zorgverleners, in de opleiding; het niet-pluis gevoel. Dit is niet iets rationeels wat aan te leren valt, het is een gevoel; haast een zesde zintuig. Als je gemaakt bent voor dit vak, herken je het direct.
In het verpleeghuis waar ik als verpleegkundige werkte, kwam ik op alle afdelingen en was ik in de avond- en nachturen naast verpleegkundige ook manusje van alles (leidinggevende, huismeester). Het terminale proces van bewoners was altijd een enorm waardevol onderdeel, om de familie en ook de bewoner (voor zover deze nog bij kennis was) in te begeleiden. Het pluis/ niet-pluis gevoel hielp hierbij om in te schatten hoe lang een bewoner mogelijk nog had, vaak belden we familie nog laat op de avond of in de nacht op, dat het slecht ging, en dan kwamen ze aangesneld, vaak net op tijd om het overlijden nog mee te maken.
Op andere momenten was het gevoel er wel maar wist ik niet wat ik ermee moest of wat het betekende. Een normaal vrij opgewekte dame zag nu grauw en was niet lekker, maar ze kon niet goed uitleggen waarom. Ze at weinig en wilde op tijd naar bed. Ik hielp haar in bed en ging verder met opruimen, maar het zat me niet lekker. Ik ging even later bij haar kijken en trof haar overleden aan in bed.
Een andere patiënt in de huisartsenpraktijk had al langer klachten van bloedverlies, maar was overtuigd dat dit van de antistolling kwam die ze gebruikte. Daar wilde ze dan ook direct mee stoppen, ondanks het feit dat dat vrij risicovol was met de hartritmestoornis die ze had. We stimuleerden haar om onderzoek te laten doen in het ziekenhuis naar het bloedverlies, want zowel de arts als ik hadden hier geen goed gevoel bij. Zij wilde dit niet. Een paar maanden na het stoppen van de antistolling en het niet verdwijnen van het bloedverlies had ze toch onderzoek laten doen in het ziekenhuis; het bleek foute boel.
Het niet-pluis gevoel werkt niet altijd. Dit bleek al snel in het voorjaar van 2020, toen ook mijn collega ging helpen op de IC waar ze eerder gewerkt had. De COVID-patiënten gleden onder je handen vandaan vertelde ze, rechtopzittend terwijl ze niet benauwd zeiden te zijn, met een saturatie die steeds verder naar beneden zakte.
Bij mezelf het niet-pluis gevoel toepassen lijkt ook niet altijd te werken; toen ik zelf in het ziekenhuis lag en een complicatie kreeg na een operatie, merkte ik dat de verpleegkundige die mij die dag verzorgde het niet vertrouwde. Ze keek met een -voor mij- welbekende niet-pluis blik naar me, alhoewel ik me dit pas later realiseerde. Het was me op dat moment niet duidelijk dat het goed mis was. Ik werd op de spoedlijst gezet van operaties die dag, de arts zei terloops “zolang het goed gaat kunnen we daarop wachten, als je inkachelt dan moet je eerder geopereerd worden”. Gelukkig kon de operatie later die ochtend plaatsvinden zonder dat het misgegaan was, en kwam het uiteindelijk allemaal goed. Het heeft een paar jaar geduurd om alle gebeurtenissen te verwerken, daarna was ik me nog meer bewust van het feit dat dit gevoel zo ontzettend belangrijk is in het werk wat we met zijn allen doen. Het niet-pluis gevoel redt levens.
Herkenbaar. Volg altijd dat gevoel, al blijkt achteraf soms dat het wel meeviel.