Beroepsgenoot
Soms merk je het niet altijd, wanneer je een mede collega uit de zorg voor je hebt, als patiënt. Op andere momenten weet je het al direct als je het dossier opent; in de pop up staat dan de functie van iemand, dat degene arts of verpleegkundige is. Waarom doen we dat eigenlijk? Is dat omdat we weten dat het gesprek dan anders gaat?
Ik moest een hartfilmpje draaien. De arts introduceerde de patiënt met: “ze is een collega specialist uit het ziekenhuis, dus waarschijnlijk hoef je het ECG niet zelf te beoordelen.” Ik moest lachen. Toen ik haar binnenhaalde in de spreekkamer begon ze een heel technisch verhaal over bepaalde ritmestoornissen die ze wilde uitsluiten. Ik knikte instemmend en draaide vervolgens het hartfilmpje. Eenmaal gemaakt gaf ik de uitdraai aan haar, zodat zij ‘m zelf kon bekijken. Ze knikte; “gelukkig, niets ernstigs.”
Zo gaan de gesprekken met collega patiënten heel anders als je weet waar je het over hebt. Er is een bepaalde verstandhouding als je het beroep weet, een bepaalde verwachting van de kennis die de ander heeft, het is communiceren op een heel ander niveau. Ondanks dat moet je voorzichtig zijn in aannames wat de ander wel of niet weet.
Het gezegde onder elkaar is dan ook dat je geen eigenwijzere patiënten kunt hebben dan artsen of verpleegkundigen. Onderling, met de collega’s waar ik zelf mee werk, grappen we wel eens; hoe erg zouden wij straks zijn als we ouder zijn? Zouden wij dan ook onze eigen behandelend arts de les lezen?
We weten uiteindelijk veel te veel van het onderwerp af als we eenmaal zelf ook ergens onder behandeling zijn, of als we ergens een consult voor aanvragen. Vaak hebben we al ons eigen plan klaar, en weten we wat er mogelijk is qua onderzoeken. Handig, maar soms ook best onhandig dat je er zoveel vanaf weet.
Uiteindelijk vraag ik me vooral af hoe ik te boek sta bij mijn eigen huisarts, en of ik ook een pop-up in mijn dossier heb met de tekst ‘mevrouw is zelf praktijkondersteuner’.
Herkenbaar! Zo heb ik tijdens mijn echocardiogram laatst gepraat over mijn eigen afstudeeronderzoek bij muizenaorta’s. Gelukkig had ik toen een echolaborant die voor de verandering eens een keer níet de kop van het echoapparaat keihard in mijn ribben duwde, anders was praten nogal moeilijk.